Onthoud het plaagwoord van de dag: waarom
Donderdagmiddag 29 juni hadden de leerlingen van groep 5/6 en 7/8 van basisschool De Wegwijzer geen gewone schoolmiddag. Ze kregen namelijk een bijzondere workshop over het schrijven van een boekrecensie van Bas Maliepaard.
De bovenbouwleerlingen hadden deze workshop te danken aan de Leestippers. Hennie Borstlap van Jeugdbieb.nl had dit voor hen geregeld omdat De Wegwijzer een aantal Leestippers heeft. Zij lezen boeken voor de website van Jeugdbieb en schrijven wat ze goed vonden aan een boek. Als bedankje krijgen ze elk jaar een cadeautje. Vorig jaar kwam Jozua Douglas op schrijversbezoek. Dit jaar was het cadeau een workshop boekrecensies schrijven van Bas Maliepaard. Hij ging eerst naar groep 5/6 en daarna naar 7/8.
Keuzes maken
In beide klassen stelde Bas zich eerst even voor. “Hoi, ik ben jullie cadeautje. Jullie hadden mij misschien ingepakt verwacht, maar dat vond ik een beetje warm,” vertelde hij lachend. Bas legde uit dat hij recensent is en onder andere voor dagblad Trouw recensies over kinderboeken schrijft. Per jaar krijgt hij meer dan 1000 boeken toegestuurd. Dat is veel te veel om allemaal te lezen en daarom maakt hij elke week keuzes.
In een interactieve workshop legde Bas op een eenvoudige manier uit wat recenseren nu eigenlijk is. “Als je het woord recensent niet goed kan onthouden, heb ik wel een ezelsbruggetje voor je. Denk maar aan een racende cent en dan kom je zo op recensent.” Het belangrijkste bij alle opdrachten was dat de leerlingen konden uitleggen waarom ze iets vonden. Ze mochten alles vinden over de boeken, maar ze moesten wel zeggen waarom ze dat vonden. Bas noemde het woordje ‘waarom’ hét plaagwoord van de dag.
Aan de slag
Als eerste kregen de kinderen de vraag waar ze naar kijken als ze een boek kiezen. In beide klassen leverde dat soortgelijke antwoorden op, waaronder de titel, de afbeelding en de schrijver. In groep 5/6 was iemand die altijd de eerste bladzijde las voordat hij een keuze maakte, en in groep 7/8 vond iemand de uitgever belangrijk. Dat riep herinneringen op bij Bas; hij wilde vroeger het liefste boeken lezen van uitgeverij Lemniscaat.
In de hal van de school stonden drie tafels met meer dan 60 boeken erop. Elk kind moest minimaal vijf boeken bekijken en dan één boek mee naar de klas nemen van een voor hem of haar onbekende schrijver. Daarna werd het gekozen boek in stilte bestudeerd. Bijna alle leerlingen van groep 5/6 begonnen meteen in het boek te lezen. Groep 7/8-leerlingen gingen geconcentreerd aan de slag en bekeken onder meer de kaft en de flaptekst. Vervolgens besprak Bas enkele gekozen boeken en liet de kinderen uitleggen waarom ze hun boek spannend, grappig of informatief vonden. Een jongen uit groep 7/8 had ‘Dagboek van een muts’ gekozen, omdat hij eens een typisch meisjesboek wilde lezen. Bas vond dat slim. “Zo ontdek je tenminste hoe mutsen, uh meisjes, in elkaar zitten!”
Tijdens de laatste opdracht las Bas een fragment voor uit ‘Timo en de oppasninja’. De leerlingen noteerden ondertussen belangrijke woorden die voorbij kwamen en welk gevoel het boek opriep. Waar de kinderen uit groep 5/6 in eerste instantie vooral aan het luisteren waren, werd in groep 7/8 heel fanatiek geschreven. Daarna maakten ze met z’n allen een woordweb. In beide klassen kwamen veel dezelfde woorden naar voren. Met behulp van dit woordweb maakten ze klassikaal een korte recensie. Bas had al gauw door dat de leerlingen dit goed onder de knie hadden. Hij begon al wel te vrezen voor zijn baan. Wie weet heeft hij een workshop gegeven aan zijn toekomstige opvolger?!
Dit artikel verscheen in Weekblad Dongen - 06-07-2017.
- Login om te reageren